Grenzeloos lekker
Het Nederlandse broodassortiment wordt steeds kleurrijker. De laatste decennia zijn door migratie en ervaringen in vakantielanden tal van nieuwe ‘buitenlandse’ broodsoorten in Nederland geïntroduceerd. Sommige broodsoorten zoals croissants en ciabatta, zijn zelfs zo ingeburgerd geraakt, dat je bijna zou vergeten dat het oorspronkelijk geen product van Nederlandse bodem is.
Turks brood
Turks brood is een plat, ovaal of rond brood dat door het lange rijsproces veel smaak en aroma heeft. Het is een luchtig brood, dat wordt gekenmerkt door de grote gaten. Doordat het brood bij hoge temperaturen wordt gebakken, schroeit de korst snel dicht. Deze wijze van bakken zorgt voor de typische dunne korst. Omdat het een luchtig brood is, kan het snel uitdrogen. Daarom is het aan te raden om Turks brood altijd op de dag van aankoop te gebruiken. Het brood wordt ook wel gedecoreerd met sesamzaad.
Oberländer
Deze broodsoort wordt veel gegeten in de Nederlandse provincies Overijssel en Limburg, die tegen de Duitse grens aanliggen. Er is veel rogge in het brood verwerkt en de toegevoegde karnemelk zorgt voor een lichtzure smaak.
Croissant
In tegenstelling tot wat algemeen wordt gedacht, is de croissant van oorsprong niet Frans. Het broodje van gistbladerdeeg kent zijn oorsprong in Oostenrijk, om precies te zijn in Wenen. In 1683 was het koninkrijk Oostenrijk-Hongarije in oorlog met Turkije. De Turken bedachten een slim plan en groeven een tunnel onder de vestingwallen. Het lot wil dat die tunnel uitkwam bij een bakkerij. De bakkers sloegen alarm en de Turken werden verslagen. Om deze triomf te vieren, besloten de bakkers een speciaal luxe broodje te bakken. In de Turkse vlag zit een afbeelding van de wassende halve maan. Zo ontstond de croissant, die pas driehonderd jaar later in Frankrijk terechtkwam.
Focaccia
De focaccia komt oorspronkelijk uit het Italiaanse Genua. Het woord ‘focaccia’ is een afgeleide van het Latijnse ‘focus’, dat ‘haard’ betekent. Dit grote, platte brood dankt zijn naam aan de tijd dat de Etrusken in Noord-Italië het op een hete steen bakten boven de kooltjes van een vuur dat nog nagloeide. Het karakteristieke Italiaanse brood wordt tegenwoordig besprenkeld met olijfolie en gedecoreerd met zeezout of Italiaanse kruiden zoals rozemarijn.
Bagel
De bagel is een rond broodje met een gat erin. Hij lijkt behoorlijk op een donut. Het verschil tussen de twee is dat de bagel echt een broodje is en de donut gefrituurd gebak. De bagel lijkt een typisch Amerikaans product, maar kent zijn oorsprong in Oost-Europa. Er doen verschillende verhalen over het ontstaan van de bagel de ronde. In één ervan wilde een Oostenrijkse bakker de Poolse koning eren, die een bekend ruiter was. Daarom besloot de bakker een brood in de vorm van een stijgbeugel voor zijne majesteit te bakken: een ‘Steigbügel’ in het Duits. In de volksmond zou dat woord in de loop der eeuwen tot ‘bagel’ zijn verbasterd. In een andere versie van het verhaal wordt gesuggereerd dat de bakker een jood was. Dat zou verklaren waarom de bagel geassocieerd wordt met de joodse cultuur. De bagel bereikte Amerika met Oost-Europese joodse immigranten.
Kaiserbroodje
Een kaiserbroodje of semmel is een klein, hard gebakken bolletje witbrood, dat zich kenmerkt door een vijfdelige ster. Oorspronkelijk werd deze ster door het vouwen van het broodje verkregen. Tegenwoordig wordt de ster er ingedrukt met een speciale stempel. Kaiserbroodjes worden naturel gebakken of bestrooid met sesam- of maanzaad. Het kaiserbroodje wordt veel gegeten in Zuid-Duitsland en Oostenrijk, waar het is vernoemd naar keizer Frans Jozef I van Oostenrijk.
Ciabatta
Ciabatta is een typisch Italiaans streekbrood uit het gebied rond Como in de Noord-Italiaanse regio Lombardije. Oorspronkelijk maakten de bakkers dit brood van restdeeg, dat werd vermengd met water om het weer zacht te krijgen. Het slappe deeg werd op een werktafel met bloem tot lange repen gevormd die werden gebakken op de vloer van de oven. Het resultaat was een luchtig brood met een heerlijke smaak en een knapperige korst. Aan de vorm heeft het brood ook haar naam te danken. Omdat het een lang, vrij laag brood was met stompe uiteinden, werd het in de plaatselijke volksmond ciabatta genoemd, wat in het Italiaans ‘slofje’ betekent. Ciabatta is handig in gebruik. De krokante korst van dit Italiaanse stokbrood kruimelt nauwelijks. Door de vlakke onderkant kan het brood niet omrollen wanneer het is belegd. In Nederland is ciabatta als groot- en kleinbrood in verschillende varianten verkrijgbaar.